Een nieuwe vorm van fraude: de goochel-bril?
Na afloop van de jeugd Grand Prix op het schaakfestival in Groningen besloot ik te
gaan kijken in de zaal waar de profs spelen.
In een voor de rest leeg deel van
de speelzaal trof ik twee eenzame schakers aan bij de laatste stuiptrekking van
de vierkampen. De boeiende stelling trok meteen mijn aandacht. Een scherp
eindspel waarbij zwart twee gedekte vrijpionnen op g3 en e3 had, terwijl wit
een wanhopige poging deed om zijn vrijpionnen op de b- en c-lijn verder te brengen.
Nu ik nog eens goed keek, trok ook de bril van één van de spelers mijn
aandacht. Sinds wanneer draagt deze smaakmaker van het schaken in
Noord-Groningen een bril? En waarom zo’n vreemd uitsteeksel aan de bril?
Maar
goed: ik kwam hier natuurlijk voor het spel en de knikkers. En dat was een waar
spektakel. Woorden schieten te kort. Briljante zetten!! Afgewisseld met een zet
die alles weer in een totaal andere verhouding zette. Wat is hier aan de hand?
De speelzaal werd leger en leger. Alleen de twee spelers en ik als
enig overgebleven toeschouwer restten. Verder een drietal mensen die gezien hun functie wel
verplicht waren om tot het bittere eind te blijven. Roland Kroezen wilde het
licht van de zaal al uit doen (energiebesparing!), Aart Strik weigerde de
schakers een nieuw notatiebiljet nadat dit voor de tweede keer vol geschreven
was (twee velletjes per partij is wel genoeg) en Jan van Os probeerde de twee overgebleven enveloppen met inhoud voor de
prijswinnaars van deze vierkamp alvast te verdelen. Na menige zet deed Jan 10
euro van de ene enveloppe in de andere om een paar zetten later het tientje weer terug te doen in de eerdere enveloppe. Kortom een kordate en meelevende toernooidirecteur.
Maar zie daar, zo rond de 161ste
zet hielden de spelers een pionneneindspel over dat door wit gewonnen werd. Een
zucht van opluchting bij de drie trouwe functionarissen (hulde) en beide
combattanten konden met een enveloppe met 20 euro naar huis. Daar hadden ze ook wel recht op na zo'n gevecht.
Thuisgekomen toch
maar eens de partij door de computer gooien. En dat bevestigde mijn idee van het
nogal fluctuerende stellingsoordeel. Briljant speelde wit regelmatig,
wonderschoon, superlatieven kom ik tekort. Daarna opeens een minder goede zet,
een optimistische en opportunistische zet waarna zwart weer strohalmen vond om
zich aan vast te grijpen.
En die bril dan? Ik weet het niet. Ik heb toch maar
even gegoocheld en deze leek er het meeste op:
Geen opmerkingen:
Een reactie posten